De druivenwijngaard is aangeplant in de vorm van het Labyrint van Chartres. Een bijzondere, oude vorm, die al in de Griekse mythologie beschreven staat. De Grieken hadden er hun verhaal bij, de Romeinen en de katholieken ook. Centraal in al die verhalen staat echter het “lopen van je levenspad”.
Hieronder vindt u een uitgebreide toelichting over het labyrint en haar gebruiken.
Wij bieden diverse arrangementen aan, waarbij het wandelen van het labyrint centraal staat. Het kan ingezet worden bij teambuildingsactiviteiten, coaching, persoonlijke ontwikkeling en het vlot trekken van vastgelopen projecten en processen. Kijk hier voor de activiteiten.
Het labyrint van de kathedraal van Chartres is een van de weinige grote middeleeuwse labyrinten, die tot op de dag van vandaag behouden is gebleven. Het enige wat ontbreekt is de koperen plaat, die in het middelpunt heeft gelegen. Deze is tijdens de Franse revolutie (eind 1800) tot kanonskogels omgesmolten. Het labyrint ligt nog steeds in de originele vloer van de kathedraal. Het labyrint wordt gedateerd rond 1200. Het werd “de weg naar Jeruzalem” of “de Mijl” genoemd. De 261,5 meter lange weg is in 11 cirkels gesegmenteerd; 113 “tanden” aan de buitenkant kaderen het labyrint af. Het centrum van het labyrint speelt ook een belangrijke rol in de geometrische constructie verhoudingen van de kathedraal.
Voor velen is het labyrint een spiegel van de eigen levensloop. Van geboorte (ingang) tot de dood (midden).
Een andere interpretatie gaat in op een liturgische dans ondersteuning, of als meditatie- of gebed pad. Als symbool voor de ware pelgrimstocht: “de innerlijke reis”, de zoektocht naar “jezelf”, “het innerlijke slot”; “een ontmoeting met het goddelijke”. Door de eeuwen heen zijn er verschillende typen labyrinten gevonden en onderzocht. Met name in de twaalfde eeuw (destijds een religieuze bloeiperiode) verschenen zij ook in kathedralen. Hiervan is het labyrint in de vloer van de kathedraal van Chartres wellicht het meest bekend en het best geconserveerd. Deze ontwikkeling is bijzonder omdat de labyrinten vóór de Middeleeuwen niet op heilige plekken uitgebeeld werden. Bovendien zijn er daarna veel labyrinten uit kathedralen weggehakt.
Toch kan men ook zeker religieuze interpretaties aan het labyrint van Chartres toeschrijven. Wat opvalt bij het zien van de plattegrond is niet alleen de ronde vorm, maar ook het kruis. Hierdoor lijkt er een opdeling te zijn in vieren, wat op zich niet verbazend is gezien de kerkelijke context. In een bekende afbeelding van het christendom zien we Jezus in het centrum, aan vier kanten omgeven door de vier apostelen Mattheus, Marcus, Lucas en Johannes. Hun karakters worden op hun beurt weer gesymboliseerd door de engel, de leeuw, de os en de arend. De goddelijkheid van Jezus zou op deze manier symbolisch naar alle kanten uitstralen. “Hij die mij wenst te volgen moet zijn eigen kruis opnemen…” , zou bovendien wijzen op zijn oproep om de mensen eerst weer naar het middelpunt van hun eigen wezen te laten gaan, om vervolgens pas weer een nieuwe richting in te kunnen slaan.
Daarnaast lag er een koperen plaat in het middelpunt van de roos, met daarop de afbeelding van Theseus, Ariadne en de Minotaurus. Zij vertegenwoordigen figuren uit de Griekse mythologie. De Minotaurus wordt hierin beschreven als een monster (half mens, half stier) dat leefde in het immense labyrint van koning Minos. Theseus sloot zich vrijwillig aan bij de zeven jonge mannen en zeven maagden die werden opgeofferd aan de Minotaurus, maar hij wist uit het labyrint te ontsnappen door de hulp van Ariadne. Zij gaf hem een kluwen wol, waardoor hij de weg terug vond.
De wrede associatie van het labyrint was ook de kathedraal van Chartres niet vreemd: als centrum voor bedevaart werd de stad regelmatig bezocht door pelgrims. Zij (en andere ‘boetedoeners’) konden een denkbeeldige reis naar het Heilige Land maken, door op hun blote knieën de route af te leggen naar het centrum van het labyrint.
Het labyrint van de kathedraal van Chartres is een van de weinige grote middeleeuwse labyrinten, die tot op de dag van vandaag behouden is gebleven. Het enige wat ontbreekt is de koperen plaat, die in het middelpunt heeft gelegen. Deze is tijdens de Franse revolutie (eind 1800) tot kanonskogels omgesmolten. Het labyrint ligt nog steeds in de originele vloer van de kathedraal. Het labyrint wordt gedateerd rond 1200. Het werd “de weg naar Jeruzalem” of “de Mijl” genoemd.
Alhoewel deze termen vaak door elkaar worden gebruikt, is er een wezenlijk verschil. Een doolhof is een gangenstelsel waarin men de keuze heeft uit verschillende paden. Hierdoor is het gemakkelijk om in een doolhof te verdwalen.
Een labyrint is daarentegen niet ontworpen om de weg te verliezen, maar om de weg te vinden. Ondanks de bochten en tegengestelde looprichtingen kan men erop vertrouwen dat het centrum altijd bereikt wordt. In tegenstelling tot het lopen in een doolhof, kan het lopen van een labyrint aanvoelen als een meditatieve ervaring.
De geometrische opbouw van het labyrint laat een cirkel, een kruis en een centrum met een zesbladige levensbloem zien. De 11 ‘rondes’ staan symbool voor het wereldse; de weg die afgelegd moet worden om tot het centrum te komen, waarin het zuivere en goddelijke zou huizen. De 113 tanden om de buitenrand zouden een verwijzing zijn naar de maanstanden,